woensdag 26 februari 2014

"Queen of the world!"

Zondagochtend om zeven uur zat ik met pak aan en headset op klaar om weer hoteloperator te zijn en de telefoon op te nemen de hele dag. Ik moest samen werken met een van mijn mannelijke collega’s, een hele lieve wat oudere man. Een soort opa-figuur. En met alles wat ik deed sprong hij nog net niet een gat in de lucht om te laten weten hoe ontzettend goed ik bezig was. Sinds zondag is mijn zelfvertrouwen dan ook onverwoestbaar. Ik deed tussen de telefoontjes door nog wat extra werk, schreef ontbijtvouchers, stickerde ontbijtvouchers en stempelde ontbijtvouchers én ik hielp de receptie met vouchers voor de gasten op  volgorde van achternaam zetten. Wat op zich niet veel voorstelde, alleen maar de vouchers sorteren op achternaam en in een bakje stoppen en voor iedere letter van het alfabet een papiertje maken en die tussen de vouchers zetten.  Volgens mijn collega’s een wereldprestatie. Ik houd van het enthousiasme van de Amerikanen! 

Zondag ben ik uit mijn werk nog even naar de supermarkt gegaan, kocht wat eten voor ’s avonds. En ik ging nog even naar het Burbank Towncenter, hét winkelcentrum met Macy’sForever21 en New York & Company, mijn nieuwe lievelingswinkel. Ik kocht weliswaar niets, want mijn huur moest betaald worden, en plande voor de rest van de avond een tv avond. Voor het eerst sinds mijn aankomst in LA zat ik op de bank in mijn huis met wat drinken en chips (mag, want m’n broeken zakken allemaal af) RTL-gemist te kijken. Bijzonder dat ik mij 8980.57 kilometer van huis toch thuis kan voelen.

Maandagochtend werd ik wakker met een mail van de redactie van de Linda dat ze mijn allereerste stuk over National Tortilla Day hebben geplaatst, wat jullie vast niet ontgaan is, sorry voor alle Facebook-spam. Én ze hadden de vraag of ik iets wilde schrijven over de Miley-Katy gate. Met mijn liefde voor roddels  en celebs was deze taak mij natuurlijk op het lijf geschreven en mailde ik terug dat ik ’s avonds onderzoek zou doen naar dé zoen en een artikel zou schrijven. 

Om half negen ‘s ochtends moest ik weer assisteren op de HR-afdeling, oftewel een paar uur kopiëren voor een ‘‘Special Project’’aldus de HR-manager. Heerlijk Amerikaans. Na een paar uur was het lunchtijd en ging ik samen met de Manager lunchen. Aan onze tafel kwam een van de elevator-ambassadors zitten. Een medewerker die verantwoordelijk is voor de liften en de gasten begeleid bij de liften (‘‘lobby on the left’’). Ja, ze hebben in het hotel gewoon óveral een medewerker voor. Ik blijf me daar keer op keer over verbazen. Hij complimenteerde mij over mijn pakken, die altijd matchen. En weer was ik verbaasd, want ik had al wel opgemerkt dat de vrouwelijke collega’s het ‘‘Strak-in-pak’’ hier toch iets anders opvatten dan wij in Nederland. Maar zo mega bijzonder zijn mijn outfits ook weer niet. Maar het komt het geregeld voor dat ik een vrouwelijke collega zie lopen in bijvoorbeeld een bruine broek, met een zwarte blazer en een gele pully.  Of een krijtstreep jasje met zwarte broek en blauw blousje. Misschien ligt het aan mijn collega’s, ik wil niet meteen beweren dat heel Amerika niet modebewust is, maar het valt anderen dus op dat ik altijd gewoon een matchend pak aan heb. Wat in Nederland juist dood normaal is. ’s Middags mocht ik nog even oefenen met het reserveringssysteem waar ik inmiddels een pro in ben geworden, na al die uren trainen..

’s Avonds kon ik even de nieuwe Albert Verlinde spelen en ging ik met laptop, de LA-times en wat roddelblad-apps op mijn telefoon naar Barnes & Noble om een artikel voor de Linda te schrijven. Miley Cyrus trad hier afgelopen zaterdag op in het Staples Center, zo’n tien minuten van mijn huis. Halverwege het concert liep ze het podium af om Katy Perry een zoen te geven en de webredactie van Linda Magazine wilde graag een artikel over hoe daar op gereageerd werd door Amerikanen en door de celebs. U vraagt, wij draaien, dus binnen een uur had ik een artikel klaar staan en ging ik weer richting huis. Ik keek thuis nog even wat tv op mijn laptop en ging al vroeg naar bed.



Omdat ik gisteren pas om kwart over twee hoefde te werken had ik de hele ochtend de tijd om dingen voor mezelf te doen. Sinds ik in mijn nieuwe huis woon heb ik eigenlijk nog geen een keer gesport, dus daar moest verandering in komen. 



Zo stond ik om half negen al op de Chandler Bike Way om hard te lopen. Dit is een soort fiets- en wandelpad van een paar kilometer, in het midden van Chandler Street. Aan de zijkanten van het pad zijn bomen en gras gepland, waardoor er ook veel mensen met hondjes lopen. Het was druk met fietsers, hardlopers, moeders met kinderwagens en mensen in joggingpak met grote zonnebrillen op. Waarvan ik zeker 80% ervan verdacht een bekende Amerikaan te zijn, want die schijnen ook in mijn wijk te wonen. Maar omdat ik nog niet iedere BA-er ken, herkende ik natuurlijk niemand. In ieder geval geen Chad Michael Murray, Nate Archibald aka ChaceCrawford of Zac Efron. Omdat ik heel even was vergeten dat chocolate chip cookies, chips, donuts en M&M’s niet echt een goede invloed hebben op mijn sportieve prestaties, was ik na vier kilometer gebroken en durfde ik niet eens te kijken hoe langzaam ik over die vier kilometer had gedaan. Ik heb in ieder geval een poging gedaan tot rennen, laten we het daar op houden.




Na het sporten nam ik een douche, ruimde m’n huis op en ging even lunchen en Facetimen met (jaa, hier ga je, nu word je famous!)Selwin en nog even met Vincent. Daarna trok ik maar weer een van mijn matchende pakken aan, spelde mijn ‘’In training to better serve you’’-button op en reed naar Studio City om te gaan werken.

Vanmorgen was de eerste dag van mijn weekend en ging ik na mijn ontbijt en een warme douche op weg naar Barnes &Noble om alvast een begin aan mijn blog te maken en te Facetimen met Frank. Heel LA is in rep en roer want de aankomende dagen wordt er net zoveel regen verwacht als er de afgelopen drie jaar is gevallen. Mensen hangen nog net de vlag niet uit van blijdschap. Vandaag was het weer al iets anders dan de afgelopen vier weken, het was bewolkt en wat kouder. Voor het eerst deed ik dan ook maar een trui aan in plaats van een hempje of een t-shirt. Ik denk dat de winter hier nu gaat beginnen. Om een uur of elf liep ik weer naar mijn auto om naar de San Fernando Valley te gaan, daar waar Hilary Duff woont in A Cinderella Story, mijn lievelings film van vroeger. Ik had afgesproken met Mirjam, die trainee is bij het Hilton bij de airport en die ik ken van de borrel van Dutch in LA. We gingen samen naar Stoney Point Rock, een rots in de Valley met een uitzicht over heel LA. Op weg naar haar huis, met de vele palmbomen die ik tegenkwam, de bergen die ik in de verte zag, de grote groene borden met  Hollywood en San Fernando Valley boven de weg en met de muziek van Marco Borsato die uit de speakers kwam, overviel mij voor het eerst een enorm geluksgevoel. Ik ben in Amerika, ik woon nu hier in Los Angeles en ik heb mijn eerste weken gewoon overleeft. “Ik voel de kracht van het leven hier stromen door mijDe angst en de twijfel, ik zet ze opzij en wat de morgen me ook brengen mag, zal het omhelzen als het licht van elke dag.’’

Na een half uurtje kwam ik bij Mirjam aan en samen gingen we naar Stoney Point Rock. Mijn eerste ontmoeting met een stuk Amerikaanse natuur.





We gingen op zoek naar een fatsoenlijk looppad om de top van de rock te bereiken, maar dat was nogal lastig te vinden. Dus liepen we van steen naar steen, en van rots naar rots en kwamen we uiteindelijk boven. Met Hollywood in de verte en zicht over de hele Valley maakten we foto’s en hebben we een uur zitten kletsen.





Toen kregen we honger en probeerden we weer beneden te komen. Wat iets makkelijker gezegd werd dan gedaan, want de weg naar beneden was iets moeilijker te vinden en ik zag mezelf al een hele nacht op de rots zitten in het donker, zwaaiend met mijn telefoon in de hoop dat iemand ons zou zien en zou komen redden. 




Maar eind goed, al goed, even later zaten we te lunchen in een soort buffet-restaurant. Uber Amerikaans, maar dan op een gezonde manier. Met alleen maar salades en pasta’s en soepjes. Én een dessertbuffet, dat dan nog wel. Omdat ik nog nooit in de Walmart was geweest en die aan de overkant was, liepen we na de lunch naar de Walmart. Die precies zo is als op tv, groot en alles wat je je maar kan bedenken verkochten ze daar. Van brillen tot grasmaaiers totgroente en fruit. We deden nog even wat boodschappen en daarna zette ik Mirjam thuis af en ging ik zelf door naar Barnes waar ik nu mijn blog aan het afschrijven ben. Morgen is mijn tweede weekend dag, nog even verzinnen wat ik dan ga doen als het geen zonnebrillen-weer is. Misschien mezelf opsluiten in de bioscoop de met popcorn en M&M’s. Volgende week ga ik wel weer hardlopen..

zaterdag 22 februari 2014

"Because we all love Payday!"

Woensdagochtend na twee dagen Hilton Oriëntatie training, begon ik weer op de PBX-afdeling, de telefooncentrale. Ik werd ’s ochtends begroet door de manager met een knipoog en een; ‘’Ah, eindelijk is ze weer eens aan het werk!’’ En ging vol goede moed aan de slag. Ik begin het hospitality-engels steeds meer te beheren en ik word ook steeds zekerder van mezelf. Ik neem de telefoon niet eens meer op met zenuwen in m’n buik. Daarnaast is het leuke van de twee dagen training dat ik twintig collega’s veel beter heb leren kennen. In de kantine is er nu altijd wel iemand die ik ken waarbij ik aan tafel kan aanschuiven. Loop ik door de parkeergarage, kom ik altijd wel iemand tegen die ik herken. En tegen de collega’s die ik niet ken blijf ik gewoon ‘’Hai, how are you?’’ zeggen. Langzaam maar zeker begin ik daar ook goed in te worden. Woensdagmiddag werkte ik op de Human Resources afdeling, persineelszaken. Ze hadden daar hulp nodig met het bijwerken van dossiers van de medewerkers en ik moest stapels papierwerk kopieren. Weer eens wat anders, ook al is het niet het meest uitdagende werk.


Nog steeds ben ik ongelooflijk blij met mijn eigen huisje en mijn auto. Zo erg zelfs, dat ik het op m’n werk van de daken schreeuw en m’n collega’s niet meer vragen hoe het met mij gaat, maar hoe het met mijn rode auto gaat. Al heeft m’n auto mij wel even in de steek gelaten afgelopen woensdag. Toen ik woensdag om half zes klaar was met werken, reed ik naar huis. Ik trok andere kleren aan en ging weer door naar Veronica, die in de Hollywood Hills woont. Ik parkeerde mijn auto in haar straat, wat zowaar in één keer goed ging. Die ene inparleerles die ik in Nederland nog heb gehad, is toch niet helemaal voor niks geweest. 


We liepen naar het Highland Center en gingen pizza eten. Gezellig en vooral erg lekker, ikkoos maar weer oud vertrouwd voor mijn lievelingspizza Hawaii. Toen ik weer parkeerde bij mijn huis kreeg ik de achterlampen niet meer uit. Ik barstte bijna in tranen uit, sprak mezelf even goed toe en belde toen om half tien ’s avonds de autodealer. De lampen de hele nacht aan laten staan was ook geen goed plan, en hij heeft niet voor niks gezegd, ‘’bel me als er iets met je auto is.’’ Hij kwam langs en lag om tien uur zo goed als in m’n auto omdat er blijkbaar iets met de remlichten was. Eind goed al goed, een uur later kon ik weer naar binnen, nadat de autodealer had beloofd dat er vanaf nu geen gekke dingen meer zouden gebeuren. En dat we binnenkort toch écht wat moeten gaan drinken. Dat zien we nog wel.


Donderdag had ik mijn eerste avond dienst tot half elf. Dat betekende dat ik tot twee uur ’s middags mezelf moest vermaken. Ik bleef in bed liggen tot een uur of half negen en besloot om na m’n ontbijt naar een park te gaan. Nadat ik er één van de acht had uitgekozen, bleek dat net het park te zijn dat dicht was en gerenoveerd werd, dus kon ik weer omdraaien. Toen ging ik maar op weg naar Barnes & Noble, dé boekhandel. Achterin de boekhandel zit een café met Starbucks coffee en de allerlekkerste banana-bread-muffins ever. Het zit er vol met mensen die op hun laptop werken of die huiswerk maken, of mensen die gewoon aan het lezen zijn. Een superfijne sfeer en ik vind het fijner om daar te zitten en te werken op m’n laptop dan alleen in mijn huis. Alleen is ook maar zo alleen. Ik ging even met Frank skypen en plannen maken voor onze Las Vegas-trip en we kletsen over van alles en nog wat. Om één uur at ik even wat thuis, praatte nog even met Nederland en ging daarna richting het hotel.


Een avondshift is toch wel heel anders dan een ochtendshift. De taken zijn anders, de telefoontjes zijn anders. En ik moest bergen met wake-upcalls klaar zetten. Om half elf was ik klaar met werken en toen iedereen in Nederland uit zijn bed kwam en ging werken, dook ik mijn bed in.


Vrijdag begon ik pas om tien uur, heerlijke tijd! En had mijn evaluatie met de PBX-trainer. Dat was gelukkig een goed gesprek en ik ben geslaagd voor mijn training op deze afdeling. Aankomende week werk ik er nog wel, maar dan word ik ingeroosterd als volledig medewerkster, dus draai ik zelf diensten.  


Best een verantwoordelijkheid, maar ik zie het wel als een mega uitdaging. En met een beetje geluk mag ik daarna naar de Front Office voor een maand of drie. Vrijdagmiddag hielp ik weer op de HR-afdeling. Nadat ik mijn loonstrook had opgehaald bij de security, want het was Payday! Het salaris wordt hier per twee weken gestort, en vrijdag was mijn allereerste uitbetaling. Ik tekende voor ontvangst van mijn loonstrookje en opende de envelop snel op de wc. Even bekijken hoeveel Vanilla Latte’s ik weer kon kopen. Toen ik de app op mijn telefoon opende van de Chase bank zag ik dat het geld nog niet was gestort en werd ik natuurlijk lichtelijk nerveus. Vooral nadat de HR-manager naar mij toe kwam met een terugbelbericht, want de bank had voor mij gebeld. 


Ik belde terug, en er werd natuurlijk niet opgenomen, waardoor ik nog meer stress kreeg. Zal je net zien dat het weer eens niet goed is gegaan met mijn salaris en mijn bankaccount. Na nog eens drie keer bellen nam Vinnie, m’n personal banker, eindelijk op. Zijn enige vraag was of ik het naar mijn zin had bij de Chase-bank.


Ik vroeg hem hoe het kon dat ik het geld nog niet had, hij vond het redelijk vreemd want het zou er meteen al op moeten staan. Dus adviseerde hij om naar de Financiële administratie van het hotel te gaan. Voor ik dat deed bekeek ik nogmaals mijn loonstrook en kwam erachter dat er ook een cheque in mijn envelop zat. Met daarop het salaris-bedrag volledig uitgeschreven. Mijn eerste missie vrijdagavond was uitvinden hoe ik het geld van die cheque op mijn bankaccount kreeg. Best gek, in zo’n land als Amerika. Waar alles wat maar met computers te maken heeft wordt uitgevonden, werken ze nog met cheque’s. Ik googlede wat en probeerde met de Chase-app een foto te maken van de cheque. Dat werkte en even later kreeg ik een mail dat ze het geld op mijn account zouden zetten. Opgelucht en trots dat ik dit weer even zelf had uitgevonden, sprong ik onder de douche.


Gisterenavond ging ik met Veronica naar de Skybar van het Mondrian Hotel. Een hotel op Sunset Boulevard. Dé Sunsetboulevard in Hollywood die je altijd in films ziet, met natuurlijk overal palmbomen. Omdat wij één missie hebben en dat is binnenkomen op een Oscar feestje over twee weken, wordt het tijd om te netwerken. Vol goede moed liepen we richting het hotel, waar een rij met jongens voor de ingang stond. De doorbitch liet ons meteen doorgaan en zo stond ik voor het eerst van m’n leven in een skybar in LA. Mét zwembad en overal kaarsen, loungebanken, glazen champagne én geweldig uitzicht. We zochten de bar op en met een glas wijn zaten we even later op een van de loungebanken. Ik keek m’n ogen uit. 


Mannen met tanden die zo wit waren dat hun gebit bijna licht gaf. Meiden die minimaal vier borstvergrotingen achter elkaar hebben gehad. Serveersters met jurkjes aan die je beter naveltruitjes kon noemen. Heerlijk over de top. Gelukkig waren er ook nog wel zat mensen die niet zo ‘’over the top’’ gekleed waren. Voor het eerst hier in LA heb ik mannen gezien die wel redelijk in de buurt komen bij mijn type ‘’droomman’’. Sorry mam!


Omdat er hier heel veel mensen met Mexicaanse/Spaanse/Filipijnse achtergrond wonen, is mijn gemiddelde (mannelijke) collega kleiner dan ik. Zo kijk ik bijna over sommige managers heen en kan driekwart van mijn collega’s mij niet bij houden wanneer ik door de gang loop.Okee, misschien is mijn looptempo ook wel snel, maar ik had nooit verwacht dat ik het mee zou maken dat ik ergens tot een van de langste dames zou behoren. Weer een pluspunt voor LA!


Om half twee lag ik in m’n bed en vanmorgen was ik veel te vroeg wakker. Mijn zaterdagmorgen bombardeerde ik tot schoonmaak morgen en ik begon mijn beddengoed af te halen. Een klein nadeel van niet meer in het hotel ‘’wonen’’. Ik vroeg de zus van Sandra om uitleg voor de wasmachine en ging ondertussen mijn badkamer poetsen. De vloer in de slaapkamer dweilen en de woonkamer schoonmaken. Mijn was liet ik even later in het zonnetje drogen. Zo heerlijk die winter hier, al begrijp ik dat het bij jullie ook niet echt extreem koud is. Ik moet zeggen dat dit weer mij wel bevalt, het is iedere dag zo rond de 20, 25 graden. ’s Ochtends ontbijt ik in de zon op mijn balkonnetje en mijn jas heb ik eigenlijk alleen nodig als ik ’s avonds laat nog weg ga. De airco is overdag mijn beste vriend. 


Na mijn grote schoonmaak ging ik naar de bank om geld te pinnen om mijn huur te betalen. Ik parkeerde nog even bij de supermarkt om fruit en yoghurt te kopen en liep door naar de drogist voor wat shampoo en andere kleine dingetjes.

Terug in mijn appartement maakte ik mijn bed op en haalde de witte was uit de machine. Die liet ik weer buiten drogen en ondertussen ging ik op weg naar Ikea. Voor de vierde keer deze week. Omdat ik op onverklaarbare wijze ineens allemaal kleine bultjes achter mijn oren en bij mijn haargrens heb, moest ik op zoek naar een nieuw kussen. Ik gebruikte eerst het kussen van Sandra, maar ik denk dat daar een stofje in zit waar ik misschien niet tegen kan, de bultjes zitten eigenlijk alleen aan de linkerkant van m’n hoofd en op die kant slaap ik ook. Dus óf ik ben allergisch voor het wasmiddel dat ik gebruik (al is dat vreemd want ik heb op de rest van m’n lijf geen bultjes), óf ik kan niet meer tegen Vanilla Latte’s óf ik heb een plaatselijke zonne-allergie óf het ligt aan het kussen. Om één voor één de dingen uit te sluiten, heb ik maar even een nieuw kussen gekocht. Kijken of de bultjes nu verdwijnen. Na de Ikea ging ik weer naar de Barnes & Noble om mijn eerste stuk voor Linda Nieuws te schrijven. Wat hoop ik binnenkort gepubliceerd wordt, ik houd jullie op de hoogte. Na twee uur was de batterij van mijn laptop leeg en ging ik even thuis wat eten. 


Inmiddels zit ik weer bij de Barnes &Noble deze blog te schrijven en wat andere dingetjes te regelen op mijn laptop. Een superspannende zaterdagavond. Maar dat is geoorloofd, want mijn wekker gaat om half zes en om zeven uur is het weer tijd voor; ‘’Thank you for calling Hilton Universal, this is Anne, how may I assist you?”








maandag 17 februari 2014

"It's not me, it's WE!"

Vanuit m’n bed in m’n nieuwe appartement aan 1213Myersstreet (ik vind Amerikaanse adressen zo leuk), schreef ik gisteren het begin van deze blog. Maar omdat ik gebroken was van het shoppen en het schoonmaken van m’n appartement, was ik er halverwege klaar mee.


Afgelopen vrijdag, de dag dat ik m’n auto heb gekocht, wat vast geen toeval is, was het Valentijnsdag. De allereerste Valentijnsdag die ik vier in Amerika. In Nederland haat ik Valentijnsdag en vind het commercieel gedoe, maar hier wordt het gevierd. Het begon afgelopen week al met dat er geen reclame op tv voorbij kwam die niet over Valentijnsdag ging. Zelfs bij de weersvoorspellingen hadden ze het niet over vrijdag, maar over Valentijnsdag. Er stonden dan ook de hele week hartjes rondom de weersvoorspelling van vrijdag. De supermarkt kon je niet in komen zonder te struikelen over de bossen bloemen en de ballonnen en zelfs aan de kant van de weg waren ineens overal stalletjes met Valentijns cadeau’s

Op mijn werk was iedereen in een goede stemming vrijdag.Collega’s kwamen binnen en groetten iedereen met een ‘’Happy Valentine’s day!’’. Op de balie bij de receptie stonden potten met snoepjes in de vorm van hartjes. Door het hele hotel hingen hartjes en om tien uur werd ik gevraagd om naar de afdeling Human Resources te komen. Ik was een beetje angstig, de afdeling personeelszaken, en haalde weer honderdtwintig dingen in mijn hoofd die ik misschien fout had gedaan en waardoor ik op het matje moest komen. Stress voor niks, ze vroegen of ik goed was in decoreren en wilde helpen om de kantine te versieren. Volgens mijn manager (oorspronkelijk een Nederlander), zijn alle ‘’Dutchies’’ goed in decoreren en vooral flexibel, dus was het niet gek dat ik ja zei.


De kantine werd volledig versierd, alle tafels kregen rode kleedjes, we strooiden confetti-hartjes over de tafels. De muren werden volgeplakt met Valentijnsstickers en aan het plafond werden slingers opgehangen. Daarnaast werd op iedere tafel Valentijnssnoep neergelegd. Allemaal verpakt, want Amerikanen eten geen eten wat onverpakt is. Want misschien zitten er drugs in. Tussen de middag was het tijd voor de Valentine’s cake. En kwamen grote taarten naar binnen gereden waar stukken vanaf werden gesneden voor de medewerkers. Om Valentijnsdag te vieren. Hoe leuk!


Zaterdag was moving day! De dag dat ik eindelijk kon verhuizen naar mijn eigen appartement. In het hotel slapen was niet verkeerd, ik had een goed bed en een fijne douche.  Maar de privacy was nogal nul. Halverwege vorige week voelde ik me zo opgesloten dat ik bijna gek werd. Omdat ik toen ook nog geen auto had, kwam ik niet verder dan dingen bezoeken die op loopafstand waren of die ik met de metro kon bereiken. En misschien een klein beetje decadent, maar de Walk of Fame, het Highland Center en de Citywalk had ik inmiddels ook wel gezien. Dus was ik zaterdagmorgen vroeg wakker, skypte nog even met Nederland en begon met mijn koffer in te pakken. Mijn tweede missie was Ralphs, dé supermarkt. Om wat eten te kopen, maar vooral schoonmaak middel, toiletpapier, keukenrol en dat soort basis dingen. NaRalphs ging ik naar de At&T store om mijn internet verbinding te regelen. In eerste instantie zou dat mij 50 dollar per maand kosten, maar puntje bij paaltje kwamen er nog 450 dollar aan installatie kosten bij en 150 dollar omdat ik geen Amerikaanse inwoner ben. Iets te veel geld voor een internet verbinding dus ik besloot af te haken en een andere manier te verzinnen om aan internet in mijn appartement te komen.


Na At&T was het tijd voor de IKEA. Met mijn iPhone als tomtom deed ik een poging om er in één keer heen te rijden, wat ongelooflijk mislukte. De wegen hier zijn toch best anders dan in Nederland. En omdat ik officieel nog geen Californisch rijbewijs heb, moet ik even goed nadenken over wat ik moet doen. Dus probeer ik maar wijs te worden uit hoe de mensen voor mij rijden. Rechts afslaan mag hier eigenlijk altijd, tenzij er een stoplicht staat. Daarnaast als je naar links wilt, moet je op een linkerbaan invoegen. Wat inhoudt dat wanneer je vooraan de rij staat in de baan voor rechtdoor, je met geen mogelijkheid meer naar links kan en je weer drie blokken om moet rijden. Ik heb daar inmiddels teveel ervaring mee en zit dan lekker in mijn auto te schelden. Als een echte Amerikaan.


Na 32 minuten, in plaats van 10, kwam ik eindelijk aan bij de Ikea. De volgende uitdaging was een parkeerplaats vinden. Met bijna meer auto’s dan inwoners, is dat nogal een puntjehier. Toen ik na twintig minuten eindelijk een parkeerplaats had (ja, wie gaat er dan ook op zaterdag middag om 1 uur naar de Ikea..), sprong ik drie gaten in de lucht.


Ikea hier is eigenlijk hetzelfde als in Nederland. Behalve sommige producten die ze hier niet kennen.  Zo kennen ze geen handdoeken voor in de keuken, alleen maar theedoeken. De keukenafdeling is minimaal, want bijna niemand heeft een keuken. Daarnaast is de beddenafdeling ook nogal anders. Zo dacht ik dat ik een dekbedhoes had gekocht, maar bleek het later een laken te zijn. Ik kocht de meest noodzakelijke spullen, spullen voor mijn bed, theedoeken, afwasborstel en dat soort dingen en ging weer terug naar het hotel. Daar laadde ik mijn spullen in de auto en ging uitchecken. Het voelde toch wel weer een beetje gek, de kamer verlaten waar ik mijn eerste twee weken LA doorgebracht heb. Maar weinig tijd omsentimenteel te zijn, ik moest door naar Burbank, naar mijn appartement.


Daar aangekomen werd ik verwelkomt door Sandra (ik noem even een andere naam in verband met privacy) en gaf ze me meteen een bord met eten voor ’s avonds. Ze liep met me mee naar het appartement, nadat haar drie hondjes mij eerst bijna aangevallen hadden. Nee grapje, dat viel wel mee. Ze liet me alles zien, en hielp me met mijn bagage van de auto naar het appartement te brengen. In eerste instantie zag het er allemaal schoon en netjes uit, maar ik besloot toch om eerst alles schoon te maken. Om het een beetje meer eigen te maken en ik heb nou eenmaal het schoonmaakvirus (drie keer raden van wie!). 

Ik begon met de woonkamer, de slaapkamer, de badkamer en was om half negen nog bezig met mijn spullen uit te pakken. Daarna was ik zo moe dat ik in slaap viel. Wat betreft het internet, ik kan nu gebruik maken van het internet van Sandra, maar die verbinding is niet altijd goed. Ik moet dus ergens even een soort Wifi-versterker vandaan toveren.  Dan moet het goed komen.

Zondag kwam ik erachter dat ik nogal wat spullen miste. Ik had geen dweil, geen afwasteil, nog geen tafel en stoelen en nog geen bank en koffietafel. Er stond al een tafel in het appartement, maar die was niet helemaal mijn smaak, dus die staat inmiddels buiten op mijn balkon. Daarnaast wilde ik ook graag een eigen badmat, ik moest nog een fruitschaal en de lamp die in mijn appartement stond was wit, maar het lampje wat je erin moet draaien blauw. En ik haat blauw licht, dus moest ik ook nog even een nieuw lampje halen. Ik herhaalde mijn programma van zaterdag en stond zondagmorgen in deRalphs, na weer vier keer verkeerd te zijn gereden, dat krijg je van op zondag boodschappen doen. Ik zocht de lampjes afdeling en werd er vrij depressief van. Er waren 198 verschillende lampjes, met verschillende voltages en verschillende Wattages. Op dat moment haatte ik het dat ik hier alleen ben en er even niemand was die mij kon helpen. Ik besloot uiteindelijk helder na te denken, een van de goedkoopste lampjes aan te schaffen die hetzelfde wattages had als de blauwe lamp en ging op zoek naar een dweil.


Na Ralphs was het weer Ikea tijd en daar was mijn eerste missie een bank uitzoeken. Ik twijfelde tussen twee banken, vroeg raad aan mijn ouders en Frank via whatsapp en besloot om voor een grijze bank te gaan. Daarna koos ik een eettafel uit en liep ik door naar de badkamer afdeling om een badmat uit te zoeken. Weer kwam ik erachter dat het soms best fijn is als je met z’n tween bent, in heel de Ikea was ik de enige die alleen liep. En daarbij is het best makkelijk wanneer er iemand is die je helpt een keuze te maken tussen een roze, groene of grijze badmat. Okee, het zijn geen levensbedreigend moeilijke keuzes, maar even met iemand iets kunnen overleggen is soms wel fijn. Bij het magazijn pakte ik een grote kar, liep eerst naar de afdeling voor mijn bank, die ik niet kon vinden. Uiteindelijk bleek deze in het middenpad te staan en was ik er vier keer langsheen gelopen. Maar toen kwam ik erachter dat de doos waar de bank inzat zó groot was, dat ik die met geen mogelijkheid zelf in mijn auto kon vervoeren. Een klein irritatie-puntje. Dus ging ik op zoek naar mijn tafel met stoelen. De tafel had ik zo gevonden, de stoelen waren uitverkocht en er pas maandag weer. Irritatie puntje twee en ik kon wel even janken. Ik wilde zo graag mijn paleisje compleet maken. 


Eenmaal bij de kassa aangekomen zag ik dat ik een van mijn kussens waarschijnlijk halverwege verloren was, maar ik had geen zin meer om deze op te halen. Eenmaal betaald te hebben liep ik naar het los-en laadvak waar ik mijn kar achter liet bij een medewerker, die een nummer op mijn bon zette. Ik haalde mijn auto, parkeerde bij het los- enlaadvak en kon toen met behulp van mijn bon weer mijn kar ophalen. Perfect systeem!


Bij mijn appartement aangekomen laadde ik mijn spullen uit, bracht ze naar boven en besloot om naar het strand te gaan. Ik deed mn bikini aan, pakte mijn spullen en checkte het verkeer. Wat dramatisch was, anderhalf uur file. 

Dus besloot ik naar het Griffith Park te gaan, vlakbij mijn huis. Met een boek op mijn telefoon en een fles water en wat fruit zat ik even laten in het park. In de zon, kijkend naar families die aan het barbecueën waren, vriendinnen die babyshowers hielden en gezinnetjes die met hun kinderen in de speeltuin speelden. Ik voelde me weer even heel gelukkig. Ondanks dat ik een paar tegenslagen had en alles alleen moet doen hier, voelde ik me trots. En tot de zon bijna onderging bleef ik in het park.


Toen ging ik weer op weg naar mijn appartement, waar ik begon met  de lamellen te poetsen. Na de lamellen was de airco in de woonkamer aan de beurt. Tussendoor at ik even snel een magnetron-maaltijd (note to myself; ik moet nog evenmagnetron-folie aanschaffen). Daarna begon ik met mijn eettafel in elkaar te zetten, wat binnen twintig minuten klaar was. Ik maakte sopje nummer 12 en ging de hele vloer dweilen, de vloer in de slaapkamer en in de badkamer. Aansluitend vulde ik mijn fotolijstjes met foto’s. Alle kaarten die ik gekregen heb de afgelopen tijd heb ik op mijn prikbord gehangen en om negen uur was ik klaar. Tijd om te slapen.


Vanmorgen was ik om zeven uur wakker, kletste even met m’n moeder en ging douchen en kleren uitzoeken. Wat een kleine ramp was want ik wist niet wat ik aan moest trekken. Vandaag had ik een orientatie-dag, een soort van introductie met alle nieuwe medewerkers (19 personen). Ik besloot om maar voor safe te gaan en toch mijn pak aan te trekken. Een goede keuze uiteindelijk. Ik at wat yoghurt met muesli, in het zonnetje en stapte bij Sandra in de auto, zij had vandaag dezelfde werktijden als ik.


De introductie was in een grote zaal, en om half negen stipt begonnen we met een voorstelrondje. Ik stelde mijzelf maar voor als Anne, niemand hier kan Annerieke zeggen. We werden verdeeld in drie groepen en moesten elkaar vertellen wat we verwachten van deze oriëntatie-dag en wat we gemeen hadden met elkaar. Daarna gingen we weer zitten en kregen we een film te zien over Conrad Hilton, het ontstaan van het Hilton-concern. We maakten opdrachten over waar Hilton voor staat en deden kleine toneelstukjes over hoe je wel en niet met gasten om moet gaan.  


Daarnaast moesten we vertellen waarom we ervoor hebben gekozen om voor Hilton te werken. De antwoorden hierop, daar moest ik nogal aan wennen. Bijna iedereen gaf aan dat het God’s wens was. Dat in alles wat je doet, je moet geloven in God. Dat iedereen dromen heeft en dat je jouw dromen achterna moet gaan, wat iedereen ook zegt. Het was best bijzonder, misschien is dit typisch Amerikaans. Ik kan mij geen zakelijke meeting in Nederland voorstellen waarin het gaat over God en God’s wil. Zelfs in de lunchpauze werd er gepraat over het geloof in verschillende landen, over moslim zijn en christelijk zijn. Ik vond het niet heel verkeerd, maar moest er wel aan wennen. Hoe open ze hier omgaan met geloof.


Natuurlijk werd er ook non-stop geklapt voor iedereen. Op een gegeven moment kregen we een film te zien over hospitalityen Hilton en moest iedereen aangeven wat ze bijzonder vonden aan de film. Ik was als laatste aan de beurt en vertelde; ‘’At Hilton, it is not me, it is WE’’. Ik kreeg een staande ovatie.


Om drie uur was het klaar voor vandaag, morgen gaan we weer verder om half negen. Omdat ik met Sandra meegereden was, en zij pas om vijf uur klaar was, besloot ik om brutaal te zijn. Ik vroeg wie van de collega’s dezelfde kant als mij op moesten en John gaf aan ook naar Burbank te moeten. 


Ik ontmoette hem twee weken geleden al, toen ik bij eenmanagersmeeting de aanmeldingen moest coördineren. Hij werkt naast het Hilton ook als songwriter en als productie-assistent bij de Universal Studio’s. Bij het Hilton werkt hij parttime omdat hij hospitality leuk vindt en graag met mensen om gaat. Ik stapte bij hem in de auto en die lag vol met folders van de Grammy’s, muziekteksten en een gitaar. Op instagram had ik al gezien dat hij wel een interessante baan heeft en met veel sterren werkt en regelmatig in New York City is. Hij vertelde dat hij meegeschreven heeft aan Roar van Katy Perry én de nieuwe song van Taylor Swift. Ik als veel te nuchtere Nederlandse geloofde daar natuurlijk niks van. Tot hij mij de songtekst op papier liet zien met Taylor’s aantekeningen en de song op cd liet horen. Hij reed langs de Warner Bros studio’s, gaf aan dat hij mij daar binnenkort wel wilde rondleiden en vertelde over de verschillende gebouwen. Welke productie waar werd opgenomen etcetera.


Hij vroeg wat ik van LA vond, ik kon daar eigenlijk nog geen heel goed antwoord op geven. Ik ken LA nog niet goed genoeg, ik heb voor mijn gevoel nog maar kennis gemaakt met 0,01% van LA. Wel vind ik de mensen inspirerend en bijzonder. Veel mensen zijn hier alleen naar toe gekomen. Sandra, van wie ik mijn appartement huur, is vanuit de Filipijnen twintig jaar geleden hierna toe gekomen. Zonder ouders, broers en zussen en zonder internet. Ze sliep op de bank van een nichtje. Uiteindelijk heeft ze een verblijfsvergunning gekregen, en een goede baan. En een man gevonden en een dochter gekregen. Ook zij vertelde dat je moet genieten van ieder moment in het leven. En dat je God moet danken voor alles wat je meemaakt en geloven dat hij het beste met je voorheeft.

John is hier ook alleen naar toe gekomen. Hij heeft een opleiding tot verpleger gevolgd net als zijn familie, in de Filipijnen. Hij wilde niet in de verzorging werken, en is zijn droom na gaan jagen en vertrokken naar Hollywood. Ook hij kende hier niemand en heeft inmiddels een grote groep van vrienden en leeft het leven waar hij vroeger van droomde.


De mensen die ik hier ontmoet zijn bijzonder, zo ook een collega van een jaar of 35 die op de banqueting afdeling werkt. Bij de vraag wat zijn hobby is, antwoorde hij met een glinstering in z’n ogen; ‘’zorgen voor mijn twee dochters en mijn vrouw’’.  Waarom hij bij het Hilton is gaan werken? ‘’Omdat het een goede werkgever is en hem kansen biedt om misschien ooit manager te worden.’’ De mensen hier hebben een enorme drive om hun dromen na te jagen merk ik. Mensen weten dat het mogelijk is om als afwasser te beginnen, of als zalenzetter en uiteindelijk manager te worden. Door die mensen besef ik mij weer eens hoe goed we het in Nederland hebben en hoe bizar het is dat ik voor een jaar deel mag uit maken van dit stukje van de wereld. Waar geen droom te gek is.







          (De bank ontbreekt nog, ja.)



vrijdag 14 februari 2014

"Let me connect you to.."

Nadat ik mijzelf net drie schouderklopjes heb gegeven, zit ik nu bij de Starbucks op de Citywalk (vlakbij de studio’s ja), met m’n laptop op het terras deze blog te schrijven. Met trots kan ik namelijk zeggen dat ik het in precies 15 dagen voor elkaar heb gekregen om een appartement te vinden dat volledig naar mijn wens is én een rode Ferrari heb gevonden en ik dus voor 100% onafhankelijk ben sinds drie uur geleden. Een heerlijk gevoel.  


Een iets minder goed gevoel voor mijn bankrekening, want ondanks dat het een rode auto is, is het niet een echte Ferrari maar een Hyundai. Maar toch, het is net even een andere uitgave dan een Skinny Vanilla Latte bij de Starbucks. 


De afgelopen week heb ik iedere ochtend van 5.45 AM tot 2.15 PM gewerkt. Veel te vroeg wanneer je net van je jetlag af bent, maar het was wel fijn dat ik iedere middag vanaf kwart over twee vrij was en dingen kon regelen. En van de zon kon genieten. De temperatuur hier is waanzinnig, vandaag rond de 26 graden, volop zon, en zelfs om zeven uur ’s avonds is het lekker om buiten te zitten. Het geeft mij een beetje een vakantie gevoel, maar misschien komt dat ook omdat ik in het hotel slaap. In ieder geval bestonden mijn dagen de afgelopen tijd uit opstaan om 5 uur, douchen, ontbijten en werken. In mijn pauzes probeerde ik zoveel mogelijk berichtjes uit Nederland te beantwoorden, m’n mail te checken en te socializen met collega’s. Degene die dus al een dag of drie wachten op een reactie, vat het vooral niet persoonlijk op. 


Wanneer ik klaar was met werken was het meestal bijna half drie en bedtijd in Nederland. Ik kleedde me snel om en ging of op auto jacht, acteren in een videoclip, of socializen met Veronica, een van de Nederlandse meiden die ik op de borrel heb ontmoet vorige week. Ik ging rond half negen weer naar bed. Terwijl iedereen in Nederland om 10 uur ’s avonds mijn tijd juist weer wakker werd. Ik heb een beetje  het gevoel dat ik om het Nederlandse leventje heen draaide met deze werkdagen. Maar er is hoop, volgende week maandag en dinsdag heb ik een introductie van half negen tot vijf. Twee dagen lang alles leren over meneer Conrad Hilton, over het Hotel en volledig Hilton-minded worden. De overige drie dagen moet ik er één op de Human Resources afdeling werken en twee bij PBX. Daarna ben ik geslaagd voor mij PBX-training en mag ik naar de volgende afdeling. Housekeepingof Front-Office, dat is nog even onbekend.


Vanaf afgelopen maandag vonden mijn collega’s dat ik wel voldoende kennis had om zelf de telefoon op te nemen. Ikzelf was daar nog niet volledig van overtuigd, ik ken drie kwart van de collega’s nog niet wanneer ik moet doorverbinden. Ik ken het hotel nog niet. Ik ken de Amerikaanse gebruiken nog niet. Het is allemaal zo anders. Vanaf afgelopen maandag klonk er een ‘’Goodmorningthank you for calling the Hilton Universal, this is Anne, how may I assist you?’’ door de telefoon. Omdat drie kwart van de Amerikanen zo snel praat dat het niet te verstaan is en de andere kwart van de bellers een accent heeft dat ook niet te verstaan is, was het nogal een uitdaging. Gelukkig luisterde m’n trainster wel mee en hielp ze me met doorverbinden en met vragen beantwoorden. Het hele doorverbinden is ook nog wel een issue. Ondanks dat ik ieder telefoontje zo goed als mag doorverbinden naar een andere afdeling, is de telefoon waarmee je doorverbind niet echt een kleine telefoon. De telefoon waar ze mee werken is er niet een met 10 knopjes met nummer en een paar knoppen om door te verbinden. Die telefoon bestaat uit zo’n 40 verschillende knoppen. Daarnaast moet je voornamelijk doorverbinden naar extensions van vijf nummers. Het interne telefoonboek is dan ook mijn nieuwe bijbel  geworden.


Ik moest ook erg wennen aan de manier waarop ze hier met de gasten spreken. Zo zei ik steeds ‘’a pleasure’’ maar moest dat ‘’my pleasure’’ zijn. Mijn stopwoordje was ‘’well’’ maar dat is te informeel dus verboden. Ik zeg al jaren wanneer ik Engels praat aan de telefoon ‘’let me transfer you’’, dat is fout en moet ‘’let me connect you with’’ zijn. Net van die kleine details die ik moest afleren en aanleren. Daarnaast worden de wake-up calls ook persoonlijk gedaan. Iedere gast die een wake-up call wilt, wordt ’s ochtends netjes gebeld. ‘’Goodmorning mr. K, this is Anne, your hoteloperator withyour 7 AM wake-up call, today’s weather will be a high of 88degrees, is there anything else I can assist you with, mr. K?Thank you and have a great day, mr. K!’’ Niet moeilijk, maar het moet snel en vriendelijk en in correct engels.


Verder werk ik ook de hele checklist af, iedere shift heeft een eigen checklist en aan de hand van die checklist weet je welke dingen je allemaal moet doen. Pakketjes controleren en de gast bellen dat er een pakket is binnengekomen. Klachten over kamers zoals bijvoorbeeld een verstopte wc of tv die het niet doet doorgeven aan de Engineers met de walkie-talkie (‘’PBX to EOD this is Anne’’). Daarnaast moet ik de regcards controleren. Na drie dagen kwam ik erachter dat ze met regcards de registration-cards bedoelen. En zo zijn er nog wel meer dingen die ik niet wist, en woorden die ik niet kende. Zoals dat Bucks dollars zijn. Ik dacht dat ze daar altijd wat anders mee bedoelden.


Dat ik veel meer verantwoordelijkheid kreeg de afgelopen week was wel even lastig af en toe. Mijn perfectionistische ik wil eigenlijk alles net zo goed doen als mijn trainster die hier al acht jaar werkt. En dat gaat natuurlijk niet. Verder was ik bang dat mijn Engels niet toereikend genoeg was, of dat ze mij helemaal niet aardig vonden. Daarnaast kreeg ik ook vanaf deze week training in het reserveringssysteem en zat ik steeds een paar uur per dag alleen achter de computer in een kamertje opdrachten te maken, wat ook niet een erg positieve bijdrage leverde aan mijn humeur.


Maar I’ll survive! Mijn trainster is tevreden (vorig jaar deed een trainee drie maanden over de PBX-afdeling..), de trainingsmanager vindt dat ik het goed doe en de RoomsDivisionmanager is ook happy. ‘’Je bent professioneel en je straalt veel positiviteit uit op de manier waarop je door dit hotel loopt.’’ En daarmee moet ik het onzekere gevoel maar even van mij af zetten.


Dinsdag was mijn allerliefste broertje jarig en was het eerste ‘’hoogtepunt’’ thuis waar ik niet bij was. Even een gek idee.Voor de lunch belde de Human Resources manager dat er post was gekomen voor mij. Mijn Social Security Number.Eindelijk ben ik een legale werknemer. Eindelijk kan ik mijn salaris gestort krijgen en eindelijk kan ik mijn rijbewijs gaan halen. Mijn eigen persoonlijke hoogtepunt. Daarnaast was er nog een brief van mijn en oom en tante. Super leuk om post te krijgen! (Hint, hint). 


Dinsdagmiddag liep ik na mijn werk naar de metro en ging naar het Hollywood Highland center. Toen ik over straat liep kwamen er twee mannen en een vrouw op me af of ik Martin Garrix ken. Zij waren bezig met de clip maken voor zijn nieuwe nummer Helicopter dat volgende week uitkomt.  En ze zochten figuranten. Nou kan ik het  ‘’Helikopter-dansje’’ van de Gebroeders Ko helemaal uit m’n hoofd en was deze rol mij dus op m’n lijf geschreven. Al klinkt het allemaal veel waanzinniger dan het is, het enige wat ik moest doen was midden op straat gaan dansen en met m’n sjaal rondjes gaan zwaaien. Daarvan komt drie seconden in de clip. Of helemaal niks. Ik ben in ieder geval benieuwd volgende week en het was best leuk om mee te maken. Midden op straat, met allemaal publiek erom heen en aan het einde mocht ik nog even een (wurg-)contract tekenen van vier a4-tjes.


Woensdagmiddag had ik met Veronica afgesproken. Heerlijk om even Nederlands te kunnen praten met iemand die hier ook woont, die een beetje hetzelfde meemaakt en die ook nog maar weinig mensen kent. Ze heeft mij haar waanzinnige appartement laten zien, vlakbij de Walk of Fame en we hebben lekker koffie gedronken.

Gisteren na mijn werk ging ik op weg naar de auto-dealerwaar de vorige trainee haar auto ook heeft gekocht. De man die daar werkt is weer een vriend van haar dus dat maakte het voor mij enigszins betrouwbaar. In een stad waar iedereen auto rijdt en er op iedere hoek auto’s worden verkocht is het best lastig om uit te zoeken welke dealer betrouwbaar is en waar je uberhaupt moet beginnen met een autozoektocht. Dus vol goede moed ging ik op weg naar Alfredo om auto’s te bekijken.

Omdat er gisteren geen tijd was om proefritten te maken, zat ik vanmiddag weer in de bus op weg naar Alfredo. Ik maakte twee proefritten, koos uiteindelijk voor de rode Hyundaifamilycar en kreeg met zielig kijken nog wat dollars van de prijs af.


Morgen ga ik verhuizen, een internetbox ophalen bij AT&T, naar Ikea om beddengoed en wat handdoeken etcetera te kopen en dan schrijf ik morgenavond als het goed is een nieuwe blog vanaf het balkon bij m’n nieuwe huis!