zondag 27 april 2014

''Happy Kingsday, all the way from LA! ''


Vrijdagmorgen was het de bedoeling dat ik ging uitslapen, maar na vijf dagen om half zeven wakker te zijn geworden, werd ik dat ook op de zesde dag. Dus nam ik een douche, ontbeet, reed even voor wat boodschappen naar de supermarkt en ging op weg naar Santa Monica waar ik met Wendy had afgesproken voor een koffiedate. We bestelden allebei een latte bij de Coffee Bean en gingen op het terras zitten. Waar we al na een paar minuten spijt van kregen want het was koud, een van de koudste Californische April-dagen in de geschiedenis. Al moet ik erbij zeggen dat ik inmiddels al redelijk verpest ben. Met 20 graden loop ik in mijn lange broek en jasje over straat, vanaf 25 graden gaan we pas echt praten.

Na onze koffie gingen we winkels kijken, veel kijken en vooral niet kopen. Omdat Wendy een afspraak had om één uur, besloot ik om in Santa Monica te blijven en te gaan lunchen. Dus regelde ik ‘‘a table for one’’ bij Le Pain Quotidien en bestelde een cappuccino met een geitenkaas salade. 


Ik had mijn laptop meegenomen, dus ondertussen stuurde ik verschillende mails en las de Nederlandse nieuwssites. Barbie die weer met een nieuwe serie op tv komt, Amanda Krabbé die bergen alimentatie gaat krijgen, Sylvie die wraak wilt nemen op Sabia en Rafael, ik was weer volledig op de hoogte. En natuurlijk las ik over de twee meisjes die nog steeds vermist zijn in Panama. Redelijk confronterend omdat ik me zo in kon leven in die familie. Die hebben ook op Schiphol gestaan zoals ik met mijn familie afgelopen januari. Die hebben ook Skype-dates afgesproken met hun dochters/zusjes, en die meiden wilden net als ik ook nieuw avontuur in hun leven. Wat, ik vrees, niet goed afgelopen is. Naar nieuws om over te lezen.

Na mijn lunch verplaatste ik naar het terras, waar het zonnetje een klein beetje begon te schijnen. Toen ik net klaar was en eigenlijk richting huis wilde gaan kreeg ik een berichtje van Wendy of ik zin had in happy hour. Altijd! 

 
En zo zaten Wendy, Alex en ik even later in het Penthouse van The Huntley Hotel. 



Met een uitzicht over de zee, bergen en heel Santa Monica. Met als hoogtepunt de toiletten, die een super groot raam hadden en zo kon je wanneer je op het toilet zat naar de zee kijken.


We hadden een grote tafel, en even later kwamen er twee dames en een man aan de andere kant zitten. We raakten aan de praat en het bleek dat de man uit Zuid Afrika kwam, een van de vrouwen uit Groot-Brittannië en de ander uit Australië. En zo zaten we met zes verschillende culturen aan één tafel, typisch LA en best bijzonder! De man begon te vertellen over de verschillen tussen het Zuid-Afrikaans Nederlands en het gewone Nederlands. Zei dat  ze daar de Nederlandse altijd een klein belachelijk maken, en vaak als grapje zeggen; ‘‘Aangenaam kennis, mijn naam is Dennis.’’ En wanneer je daar op de middelbare school je richting en vakkenpakket moet kiezen zeggen ze in het Zuid-Afrikaans ‘‘Kis je kont en vak’’. Spreek dat maar eens hardop uit.
 

Zaterdag werd ik wakker en toen ik Facebook opende zag ik alleen maar oranje, ik zag feestvierende mensen én de mooiste foto’s van een party-end Amsterdam. Ik sloot Facebook af, besloot niet meer op Instagram en Twitter te kijken en ging vanuit bed nog even Flikken Maastricht terug kijken. Daarna ging ik douchen, ontbijten en naar de supermarkt. Ik kocht daar kleine cakejes, m&m’s en oranje fondant om er oranje cakejes van te maken voor de Koningsnacht-party van die avond. 


Na een uurtje was ik klaar, ging nog even wat Skypen, ruimde mijn huis op, lakte mijn nagels oranje en reed naar het winkelcenter om daar wat oranje details te zoeken. Ik kwam thuis met een oranje strik, een nieuwe witte blouse en een blauw kort broekje.
 

Rond een uur of vijf was ik omgekleed en wel, klaar voor Kingsnight. En reed ik naar het huis waar Marije nu woont en pikte haar op. Samen gingen we naar de backyard-party. Met veel mensen in het Oranje, Nederlandse muziek, verschillende hapjes en drankjes, het voelde bijna als een feestje in Nederland.


Ik was rond één uur thuis, mijn wekker ging vanmorgen weer om acht uur. Want om tien moest ik weer paraat staan bij het Stubhub Center, het stadion van LA Galaxy (ja, daar waar David Beckham ooit heeft gespeeld). In LA vierden we vandaag Dutch Kingsday en ik was met Wendy en Alex vrijwilligers voor de Dutch School. 

 
We hielpen met het één en ander klaar zetten, kregen een lunch aangeboden, en hadden onze eigen naamkaartjes. Wendy en ik zaten achter een tafel waar de ouders van de kinderen een verklaring moesten ondertekenen dat ze zelf verantwoordelijk zijn wanneer er iets met de kinderen gebeurt tijdens het spelen op het springkussen. Het is en blijft Amerika..
Op het hele terrein waren eetkraampjes, patat met frikadellen en kroketten, Hollandse Haring, stroopwafels, kraampjes met Oranje shirts, kettingen, vlaggen en hoeden. Overal stonden grote posters van Amsterdam, van molens, van tulpen, van koeien. Best bizar, zo ver van Nederland. 


 
We bestelden een patat speciaal met een frikandel speciaal (waar ik me serieus al drie weken op verheugd had) en het was een totale deceptie. De patat was Amerikaanse patat, smaakte in de verste verte niet naar Smullers of Friet van Piet of (voor de Ermeloërs) ‘‘Het Hoekje’’-patat. De frikandel was gewoon een gehaktstaaf en de mayonaise was Amerikaanse mayonaise, smakeloos en veel te waterig. Maar het zag eruit als een Nederlands patatje en ik heb het dan ook netjes opgegeten. Helaas verlang ik nu nog steeds naar een echte Nederlandse patat.


Ondanks dat het Dutch Kingsday was, had het toch een enorm Amerikaans tintje en natuurlijk kwam het niet eens in de buurt van een Nederlandse Koningsdag in Amsterdam. Er werd veel Engels gepraat, niemand zong mee met Guus Meeuwis en niemand kende ‘‘Ik neem je mee’’.  De stroopwafels rekende je (natuurlijk) af met dollars, net als de patat met frikandel (10 dollar..). Toch heb ik me wel vermaakt, alles wat met Nederland te maken heeft maakt me gelukkig sinds ik hier ben, dus dit ook. Wat ook leuk was de afgelopen dagen, was dat ik veel mensen weer tegenkwam die ik de afgelopen maanden heb leren kennen. Op feestjes, op borrels, ik ben er ondertussen achter dat ik toch meer mensen al ken hier dan ik ooit had durven denken. Inmiddels zit ik mijn blog te schrijven, met mijn oranje ‘‘Dutch Kingsday’’ armbandje nog om, de oranje nagellak op mijn nagels en nu ik naar buiten kijk en de blauwe lucht en de palmbomen zie begint het volgende nummer op mijn iPhone; ‘‘is there somewhere else where I'd rather be?’’ (Aloe Blacc).


Geen opmerkingen:

Een reactie posten