zondag 30 maart 2014

''Eat-Sleep-Laugh-Repeat.''


Vrijdag was mijn eerste dag van mijn drie dagen-durend-weekend. Een luxe met een baan in de hotellerie en het voelde een beetje als een mini-vakantie. Lekker drie dagen doen waar ik zin in heb en even geen Spaans om me heen én geen wekker die om 04.30 gaat. Ik begon de dag met Facetimen met Nederland en at ondertussen mijn ontbijt. Daarna vond ik dat ik er niet langer onder uit kon en moest ik als ‘‘miss-uitstel’’ naar het DMV, Department for Motor Vehicles, oftewel mijn theorie-examen maken. Mijn rijbewijs is eind april niet meer geldig en dus moet ik binnen nu en 1 mei een Californisch rijbewijs regelen. Vol goede moed ging ik op weg naar het DMV, deze keer met wel de juiste papieren en om half tien zat ik netjes te wachten op een van de niet-lekker-zittende-stoeltjes  in het sfeervolle DMV-gebouw. 


Ik weet niet wat het is, met die overheidsgebouwen hier, maar gezellig is het daar niet te noemen. Ik bedacht me dat ik nog wel even de vragen door kon lezen die de vorige trainee (het meisje dat vorig jaar in het Hilton haar traineeship deed)mij had gestuurd, zodat ik in ieder geval voorbereid was. Je maakt hier je theorie-examen gewoon op een a4-tje, met meerkeuze vragen. Na afloop krijg je het a4-tje mee naar huis en de vorige trainee had via via zo’n 175 mogelijke vragen ontvangen per mail. In plaats van het hele handboek te bestuderen hoopte ik dat het uit mijn hoofd leren van de vragen wel voldoende zou zijn.


Toen ik na anderhalf uur eindelijk naar loket nummer 21 mocht lopen, begon ik toch lichtelijk zenuwachtig te worden. De dame bekeek mijn papieren, merkte op dat de achternaam van haar dochter ‘‘Holland’’ is, en zei dat het enige dat ze van Nederland weet is dat wij een goed voetbalelftal hebben. Ik knikte instemmend mee. Daarna moest ik een ogen test doen, ‘‘Doe je hand voor je rechteroog en lees wat er boven mij staat’’. Appeltje eitje. Uiteindelijk waren al mijn papieren in orde, moest ik 33 dollar betalen en mocht ik doorlopen naar de camera voor een foto. Waar ik totaal niet op voorbereid was (lees, m’n haar was een puinhoop en m’n make-up zat niet). ik dacht namelijk dat ik een eigen foto mee moest nemen en had in Nederland netjes extra pasfoto’s laten maken, in Amerikaans formaat. Maar nee, ik moest daar op de foto en ik geloof dat dat de meest lelijke foto ooit is geworden. Wat dus hilarisch gaat worden als ik mezelf ooit moet identificeren met mijn rijbewijs.

Na de foto moest ik op de rode loper gaan staan (hoe toepasselijk) en wachten tot ik aan de beurt was voor het theorie-examen. De jongen voor mij stond al zijn nagels af te bijten en een beetje te hupsen van z’n ene naar z’n andere been waar ik ook nerveus van werd. Heel even schoot door m’n hoofd dat ik misschien toch beter het hele handboek door had kunnen lezen en werd ik nog iets zenuwachtiger. Na een paar minuten kreeg ik mijn potlood en moest aan een tafel gaan staan om de juiste antwoorden aan te kruisen. Aan beide kanten zaten schotten zodat ik niet bij m’n buurman of buurvrouw kon kijken, maar ik vond het wel een grote grap dit. Die Amerikanen zouden eens bij een Nederlands theorie-examen moeten kijken. Ik begon met het beantwoorden van de 35 vragen en kwam erachter dat dit een nieuwe versie was en de vragen die de trainee van vorig jaar had doorgestuurd niet echt van toepassing waren. Na een kleine stille scheldpartij (oke, ik had dit kunnen verwachten..) vulde ik op goed geluk de test verder in en probeerde logisch na te denken om een Amerikaanse manier. Sommige regeltjes zijn hier toch iets anders dan in Nederland. Toen ik klaar was leverde ik mijn papiertje in en werd het meteen nagekeken. Met ingehouden adem keek ik toe hoe de man mijn foute antwoorden aankruiste en ik deed een schietgebedje dat ik er niet meer dan zes zou hebben. Gelukkig stopte hij na zes strepen zetten en feliciteerde me. Geslaagd! Eindgoed, algoed. Ik heb nu een tijdelijk rijbewijs en dertig dagen de tijd om af te rijden. En dan ben ik echt-echt ingeburgerd.


Dolgelukkig en toch een beetje trots, stapte ik later in de auto. Mijn volgende stop was negen minuten rijden, de Los Angeles Zoo. Ik vind het altijd leuk om in het buitenland dierentuinen te bekijken, toch altijd weer anders dan in Nederland en ik wilde naast de Bronx-zoo (New York) ook de Los Angeles-zoo van m’n lijstje af kunnen strepen. De Central Park-zoo ga ik volgend jaar bekijken, wanneer ik weer naar NYC ga. Het was veel minder druk dan die zondag ervoor, toen ik niet eens een parkeerplaats kon vinden. Dus voor ik het wist stond ik bij de kassa, kocht een toegangskaartje en nam een plattegrond mee. 

De dierentuin was niet heel erg mooi, het viel mij op dat alles er een beetje verdord uit zag. De verblijven waren  wel mooi en netjes en ik had niet het idee dat de dieren een heel zwaar leven hadden in deze dierentuin. 

 
Wat mij wel opviel, waren dat het ook hier stikte van de veel te dikke kinderen. Amerika heeft echt een probleem wat dat betreft. Van de gemiddelde schoolklas was 80% sowieso te dik. En het ergste was nog dat ze allemaal met grote flessen cola in hun hand liepen of mega zakken popcorn. Ik wilde het bijna uit hun handen treken. Arme kinderen, die kunnen er ook weinig aan doen. Het grootste probleem ligt bij de ouders én bij de school. Ik hoorde afgelopen week van een collega hoe het schoolsysteem hier in elkaar zit. En hoe een schooldag eruit ziet. De kinderen gaan rond half negen naar school, kunnen daar dan ontbijten (sommigen ontbijten thuis, maar veel ouders vinden het makkelijker om de kinderen op school te laten ontbijten) en daarnaast eten ze tussen de middag altijd een maaltijd op school. Die maaltijden op school zijn niet de meest gezonde vertelde mijn collega. Wel probeert de staat de maaltijden gezonder te maken en fastfood te verbieden en meer groente en fruit aan te bieden. Toch worden de kinderen al heel jong blootgesteld aan heel veel ongezond eten. De ouders hebben hier ook een groot aandeel in, volgens mijn collega zijn veel mensen erg gemakzuchtig wat betreft eten en wordt er vaak buiten de deur gegeten of gesnackt. ‘‘Amerika biedt ook zoveel lekkere dingen’’, zei mijn collega. Ik weet dat dit niet voor alle Amerikanen geldt, en wederom wil ik zeker niet iedereen die hier woont en kinderen heeft over één kam scheren. Want natuurlijk zijn er ouders die wel goed opletten op wat hun kinderen eten én ervoor zorgen dat hun kinderen veel bewegen en opgroeien tot gezonde volwassenen in plaats van volwassenen met obesitas. Maar ik schrik er steeds zo van wanneer ik die schoolklassen zie met al die kleine, veel te zware kinderen. 

Na de dierentuin reed ik terug naar Burbank om daar een taco op het terras te eten (‘’U wilt er maar één? Geen drie, mevrouw?’’). Ondertussen zocht ik op welke films er in de bioscoop draaiden en besloot ik om naar The Grand Budapest Hotel te gaan. Een leuke film, niet mega-geweldig-je-moet-er-echt-heen-leuk, maar gewoon leuk. Het was een waargebeurd verhaal over een conciërge in The Grand Budapest Hotel zo’n vijftig jaar geleden. Na de film ging ik naar huis en om negen uur lag ik in mijn bed en keek ik nog even uitzending gemist.

Tot ik weer een keihard gerommel hoorde en toen ik ook mijn bed voelde bewegen wist ik hoe laat het was. Ik pakte mijn telefoon en rende naar m’n woonkamer om onder mijn tafel te gaan zitten. Aardbeving nummer twee die ik bewust meemaakte. 

Deze was heftiger dan de vorige keer, maar gelukkig snel voorbij. Toen ik eenmaal onder de tafel zat, was het gerommel ook al bijna over. Ik checkte twitter en zag meteen dat ik gelijk had en dat het inderdaad een aardbeving was. Een van de voortekenen voor ‘‘The Big One’’, schreef de LA-Times. Iets waar ik totaal niet bij stil wil staan. 

 
Er zijn uiteindelijk nog zo’n 20 naschokken geweest, waarvan ik er één lichtelijk heb gevoeld. De andere 19 niet. Toch went het niet, het is zo’n gek natuur verschijnsel. Wanneer het normaal gesproken regent, ga je onder een afdak staan en ben je droog. Onweert het, dan zorg je dat je binnen bent en ben je 9 van de tien keer veilig. Bij een aardbeving ben je nergens veilig.


Mijn zaterdagmorgen bracht ik door op de LA Farmers Market. Een markt met allemaal kleine restaurantjes waar je verschillende specialiteiten kan eten. Er zijn heel veel winkeltjes die van alles verkopen en er hangt een hele relaxte sfeer. Halverwege kwam ik een Franse winkel tegen en daar ging ik even naar binnen, de laatste tijd ben ik zelfs met iets dat uit Europa komt al heel blij. Ik liep door het winkeltje en mijn hart sloeg over toen ik echte LU Prince-koekjes zag. En Knorr kippenbouillon. En Dr. Oetker taart mix. 

 
Nog gelukkiger werd ik toen ik aan de andere kant de echte Dutch Waffles zag. STROOPWAFELS! Ik kocht twee pakjes van twee stroopwafels ($5,50..) en liep heel gelukkig de Franse winkel uit. Mijn volgende stop was de Starbucks. Eindelijk een Skinny Vanilla Latte met stroopwafel in plaats van chocolate chip cookie of muffin of cheesecake.

Toen ik bij de uitgang van de Farmers Market kwam, zag ik in mijn ooghoek iets heel bekends, de Zara. Ook al is de Zara in Amerika drie keer zo duur als in Nederland, ik kon het niet laten om daar naar binnen te gaan. Ik kocht een nieuwe broek en bedacht dat ik ook nieuwe schoenen nodig had. 

 
Het winkelcentrum (The Grove) wat naast de Farmers Market zit,  is echt een heel mooi winkelcentrum. Niet overdekt, maar vol met bloemen, fonteinen, gezellige muziek en hele chique winkels. Ik kocht een heel mooi paar nieuwe hakken, in het zwart. Twijfelde tien minuten of ik ze in het roze of in het zwart wilde, maar koos toch voor veilig zwart. Die roze koop ik zodra het weer payday is.  


Ik liep verder langs de Apple Store, de Cheesecake Factory (heel snel doorlopen), de Marc Jacobs Store, Barney’s New York en nog honderd winkels. Het voelde heel even alsof ik op Fifth avenue in New York was, zo’n sfeertje hing er.


Toen mijn handen pijn deden van al mijn tassen (I need a man!) ging ik weer naar mijn auto en reed ik terug naar huis. ’s Avonds had ik met Veronica afgesproken om uit eten te gaan. We gingen pizza eten op een terras en bleven lang zitten om mensen kijken.

Vanmorgen was ik al heel vroeg wakker, té vroeg voor een zondagochtend eigenlijk. Toch stapte ik uit bed, nam een douche en maakte een ontbijt. Omdat ik een beetje klaar ben met al dat gesnoep en ongezonde eten hier, ontbeet ik met yoghurt met stukjes mango en banaan. En een handje ongezouten noten. Lekker healthy en alvast een voorproefje op mijn healthy-april. 

 
Mijn eerste twee maanden LA zijn om, zaterdag was ik hier precies twee maanden. En dus begin ik 1 april met gezond eten. Even geen lekkere koekjes en ijsjes en snoepjes meer. Maar wat meer hardlopen en geen Amerikaanse zoetigheden. Ik ben benieuwd hoelang ik dat vol ga houden..

Na mijn ontbijt ruimde ik mijn huis een beetje op en pakte mijn strand spullen. Mijn ochtend bracht ik door in Santa Monica en Venice Beach. Toen ik in Santa Monica aankwam, zag ik dat er een marktje was. Voordat ik naar Venice Beach ging wandelen, dat was mijn doel van de dag, bracht ik eerst een bezoekje aan de markt. Een kleine markt, met alleen maar gezond eten. Zelfs Organic Coffee. Dat ging mij allemaal iets te ver, dus na een rondje markt ging ik de zee opzoeken. Vanaf Santa Monica beach liep ik over het wandelpad richting Venice Beach. 


Onderweg kwam ik vaders tegen die aan het hardlopen waren en zo de kinderwagen met kind erin voor zich uit duwden (de nieuwe trend hier geloof ik), ik kwam surfboy’s tegen, hardlopende dames, mensen die aan het yoga-en waren, en mensen die in hun eentje van de zon genoten. Na een kwartiertje wandelen kwam ik bij Venice Beach. Venice staat nogal bekend om de gekke mensen en ik kwam er al snel achter dat er daar inderdaad bijna alleen maar alternatieve mensen zijn. Niet verkeerd natuurlijk, iedereen moet zijn eigen ding doen. Maar ik voelde me niet heel erg op mijn gemak. Aan de ene kant van het wandelpad waren winkels, variërend van vreemd uitziende restaurantjes, tot winkels die Medical Marihuana verkopen (ik waande me weer even in Amsterdam). 


Aan de andere kant stond het vol met mensen die zelfgemaakte dingen verkopen. Van gekke schedels, tot handlezers, van mensen die kunstjes deden met glas, tot mannen die met slangen om hun nek geld probeerden te verdienen. Het was nogal bijzonder. 


Ik liep door en kwam bij de beroemde ‘‘Muscle Beach’’. Muscle Beach is een soort van buitensportschool en het stond er ook vol met afgetrainde Amerikanen die aan het trainen waren. Muscle Beach is vooral beroemd doordat Arnold Schwarzenegger er trainde en nog een handvol beroemde bodybuilders. Daarnaast is Muscle Beach ook bekend van de tv-serie BayWatch. 



 
Ik maakte wat foto’s en ging naar het strand waar ik met mijn handdoekje in de zon ging liggen. Wel met m’n kleren aan, want er stond een mega wind waardoor het in bikini iets te koud was. 


Na anderhalf uur moest ik weer terug, want ik kon maar maximaal vier uur parkeren op de parkeerplek waar mijn auto stond. Zonder file reed ik terug naar Burbank en nu zit ik bij Barnes & Noble te schrijven. Zometeen ga ik een salade kopen en in de zon op mijn balkon op eten. En vanavond vroeg naar bed, want morgen gaat de wekker om 04.30 en is mijn mini-vakantie weer voor bij. Back to reality.  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten